Review John Cale @ Concertzaal Vooruit

Datum: 
maandag, 18 februari, 2013

John Cale is een stichtend lid van The Velvet Underground en mag hierdoor gezien worden als één van de godfathers van experimentele en avantgardistische rock. Daarnaast is hij vader (The Velvet Underground & Nico, Paris 1919) en grootvader (hij producete o.a. Horses van Patti Smith en de debuutplaat van The Stooges) van enkele legendarische platen in de muziekgeschiedenis en bracht hij in de laatste 50 jaar gemiddeld om het anderhalf jaar een EP of CD uit. Dat deze bezige bij nog steeds de looks en de uitstraling heeft van een knappe vijftiger - hij mag volgende maand 71 kaarsjes uitblazen - mag dan ook verbazen. Althans voor diegenen die zijn laatste CD 'Shifty Adventures In Nookie Woods' niet hebben beluisterd. Zijn voorkomen is namelijk perfect compatibel met het eigentijdse en jeugdig-volwassen karakter van de plaat, je mag gerust de woorden 'Shifty' en 'Nookie' eens door de vertaler halen!

Een nummer kan pas naar waarde geschat worden als het ook overeind blijft in zijn puurste vorm, akoestisch of ontdaan van alle instrumenten, op één na. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik The Flying Horseman enkel van naam kende en ik hun platen tot op heden voor geen noot gehoord heb. Afgaande op de kwaliteit van de solo versies van de nummers, raad ik iedereen aan de band niet langer links te laten liggen. The Flying Horseman (Solo), zijnde Antwerpenaar Bert Dockx, kreeg het publiek vaak stil met zijn diep in het vel snijdende blues. Dockx slaagde er in om op korte tijd een toch vrij intense sfeer te scheppen waarbij hijzelf, zijn gitaarspel en de nummers woelden in een zee van emotionaliteit, met dromerige golven van ingetogen hoop, maar vaak met woeste baren van frustratie en kwaadheid. De hevige, geladen solo's gaven perfect de onderliggende gedachten van de verhalende nummers weer. Dat de snaren niet steeds mee wouden en het gitaarspel soms wat rommelig leek, gaf voor mij enkel extra kracht aan de bewogenheid van deze stevige bluesrock. Afsluiten deed hij trouwens met een zeer eigen en geslaagde versie van Shadowplay van Joy Division.

Een muzikant kan pas naar waarde geschat worden als hij of zij durft te experimenteren en evolueren. Openen deed John Cale met Hedda Gabler en Captain Hook, nummers van eind de jaren '70 die zeer fris voor de dag kwamen. Cale liet zich live door veel jongere muzikanten omringen en dat kwam deze oudere nummers zeker ten goede. Al het stof werd weggeblazen om deze nummers te laten blinken anno 2013. Je zag aan oude knar Cale dat hij er plezier in had om zijn nummers met jeugdig enthousiasme te laten bespelen. Tijdens het minutenlang speelstuk als voorbereiding van Captain Hook speelde Cale behoudend op zijn synth terwijl hij met grote regelmaat en dito lach zijn jonge pupillen bleef aanmoedigen. Er ging een soort fierheid van uit dat hij met deze getalenteerde muzikanten een band kon vormen. Uit dit alles bleek al snel dat Cale niet aan het uitbollen is, maar met veel plezier en passie nummers maakt en het podium betreedt.

Met 'Shifty Adventures In Nookie Woods' bracht Cale een voortreffelijke plaat uit met een heel eigentijdse sound, waarbij hij zich liet inspireren door hiphop beats en digitale funk wat resulteerde in een samenwerking met Danger Mouse voor I Wanna Talk 2 U. Live klonken deze nummers minstens even overtuigend als op plaat en de moderne invalshoek kon ook het overwegend oudere publiek bekoren. Bij Cry kregen we het funkgeluid te horen dat Lenny Kravitz zo herkenbaar maakt, bij December Rains en I Wanna Talk 2 U kwamen de moderne R&B en popgetinte geluiden naar voor, die uiting gaven aan het eigentijdse karakter van zijn nieuwe plaat. Een goede muzikant durft risico's nemen en in dit geval was het de gok meer dan waard. De nieuwe invalshoeken werken bij Cale als nieuwe energie en ververste lucht, het zou me niet verwonderen moesten we snel nieuw werk te horen krijgen.

Er werd daarnaast ook rijkelijk geplukt uit het album Helen Of Troy met onder meer de titeltrack, Pablo Picasso en Leaving It Up To You. Laatstgenoemde was voor mij wellicht het hoogtepunt van de set met de hiphop geïnspireerde drum, de sinistere sound van de met strijkstok bewerkte basgitaar, het vrolijk duistere getokkel van Cale op de synth en zijn soms dreigende stem. Een nummer dat nog steeds de punk invloeden met zich meedraagt en bezwaarlijk verouderd kan genoemd worden. Hetzelfde gold trouwens voor Pablo Picasso en Helen Of Troy, beiden slaagden na meer dan 30 jaar nog steeds met glans voor hun rock-examen!

Bissen deed hij eerst met Nookie Wood, dat er steviger en minder poppy uitkwam dan op de plaat. Om nog een tweede maal terug te keren om zijn viool weer ter hand te nemen en een uitstekende versie van Venus In Furs ten berde te brengen. De triomf was compleet, de voldoening bij publiek en band voelbaar, de glimlach bij Cale zeer duidelijk aanwezig. Als betrekkelijk jonge snaak, die belange nog niet geboren was toen Cale zijn hoogdagen beleefde, ben ik verplicht om alle andere jonge snaken op te roepen om John Cale live aan het werk te gaan zien. Niet zozeer om zijn status als legende, wel omdat Cale nog steeds een voorbeeld is van de avantgarde. Niet zozeer in het baanbrekende, wel in het steeds opdoen van nieuwe inspiratie om die toe te passen op nieuw en oud werk. Het bewijs dat muziek ook nooit af is en nummers doorheen de jaren kunnen blijven evolueren zonder aan waarde of kwaliteit in te boeten. Eerder krijgen ze extra glans door ze in een ander tijdperk opnieuw te laten floreren in al hun glorie. Mister Cale, it was an honour!

Categorie: 

Beluister onze Spotify GigView on tour playlist!